Het hoofdlijnenakkoord, een korte samenvatting
Sinds vorige week ligt het hoofdlijnenakkoord 2025-2028 op tafel.
Wat beogen de partijen PVV, VVD, NSC en BBB en welke effecten heeft het akkoord op het regionale onderwijs- en arbeidsmarktbeleid? RW-POA Rivierenland maakte een beknopte samenvatting. De teksten zijn soms één-op-één overgenomen uit het akkoord. Niet volledig maar wellicht handig voor het overzicht. Onderin vindt u ook de link naar het analyse van de VNG en de reactie van de G 40. Inmiddels heeft het CPB de het akkoord ook doorgerekend. Zie hiervoor de CPB analyse.
Bestaanszekerheid en koopkracht
Er zijn nu maatregelen nodig die mensen direct merken in de portemonnee, waardoor ze meer loon naar werken krijgen. Maatregelen die gericht zijn op zekerheid en meedoen op de arbeidsmarkt, die niet verder nivelleren en tegelijkertijd (kinder-)armoede in Nederland voorkomen. Daarnaast zijn er maatregelen nodig die inhouden dat meer werken ook betekent dat mensen erop vooruitgaan, met specifieke aandacht voor werkenden met een middeninkomen.
- Zekerheid op de arbeidsmarkt wordt gestimuleerd, bijvoorbeeld voor echte zelfstandigen (zzp’ers) in het zelfstandigenbeleid en door regulering van de uitzendsector. Daarnaast wordt gestreefd naar meer vaste contracten voor werknemers.
- Stapsgewijs wordt gewerkt aan verbeteringen in de sociale zekerheid, fiscale regelingen en de toeslagen, zodat werken meer loont. Wetgeving wordt voorbereid voor een hervorming van het toeslagen- en belastingstelsel.
- Koopkracht en lastenverlichting voor werkende middeninkomens. Het doel van de lastenverlichting is dat middeninkomens hier optimaal baat bij hebben en dat de lastenverlichting duidelijk zichtbaar is voor huishoudens. Om dit te bewerkstelligen wordt bijvoorbeeld een derde belastingschijf in de inkomstenbelasting geïntroduceerd. Dit is zichtbaarder dan aanpassingen in de arbeidskorting of algemene heffingskorting.
- Een knelpuntenaanpak voor specifieke groepen onder het bestaansminimum, onder wie werkende armen.
Arbeidsmigratie
- Het is hard nodig grip te krijgen op arbeidsmigratie. Arbeidsmigratie is nodig voor onze economie en ondernemers, maar het is nodig kritisch te blijven op wie wij nodig hebben en wie ons nodig heeft. Er komt een afwegingskader voor de vestiging van nieuwe bedrijven, in relatie tot de benodigde arbeidsmigranten, ruimte en energie.
- Om arbeidsmigratie tegen lage lonen en onder slechte arbeidsomstandigheden te beperken worden maatregelen getroffen.
Sociale zekerheid
- Hervorming WW. Het hoofdlijnenakkoord bevat het voornemen de WW te hervormen. De wijze waarop dit wordt vormgegeven is onderdeel van de uitwerking van het hoofdlijnenakkoord. De hervorming kan bestaan uit het verlengen van de opzegtermijn arbeidscontracten in combinatie met een poortwachterstoets WW bij het UWV en of een verkorting van de WW-duur tot 18 maanden.
Human capital
- De beschikbaarheid van talent, versterking van de kenniseconomie, innovatie, en (digitale) infrastructuur krijgen prioriteit.
Regio
- Er wordt geïnvesteerd in structurele samenwerking met de regio. De bestaande regiodeals worden in overleg met het bedrijfsleven, kennisinstellingen en decentrale overheden uitgebouwd tot strategische investeringsagenda’s met afspraken over wonen, bereikbaarheid, onderwijs en economie (talent). Belangrijke gezamenlijke programma’s zoals het ‘Nationaal Programma Leefbaarheid en Veiligheid’ en ‘Elke Regio Telt’, worden doorgezet.
Onderwijs
- Voor de bekostiging van het hoger onderwijs stappen we deels over naar capaciteitsbekostiging om met krimpende studentenaantallen opleidingen, die voor de arbeidsmarkt of de regio belangrijk zijn, overeind te houden.
- In het basisonderwijs is er met het oog op de vervolgopleidingen aandacht voor zowel het praktisch onderwijs, onder meer het mbo, als het theoretisch onderwijs. In het mbo wordt meer aandacht gegeven aan de aansluiting op de arbeidsmarkt.
- We hebben aandacht voor passend en speciaal onderwijs.
Personeelstekorten in maatschappelijke sectoren
Krapte arbeidsmarkt wordt o.a. benoemd bij, woningbouw, energietransitie, zorg, onderwijs. Dit leidt tot de onderstaande afspraken:
- Zorg: Het aanpakken van de personeelskrapte in de zorg heeft grote prioriteit. Daarom wordt het aantrekkelijker gemaakt om in de zorg te werken, door middel van meer autonomie, loopbaanperspectief, goede arbeidsvoorwaarden en beperking van regeldruk en van administratieve lasten, bijvoorbeeld door meer innovaties. Gestimuleerd wordt dat personeel in loondienst eerste keuze krijgt bij roosterindeling.
- Zorg: Terugdraaien intensivering zorgarbeidsmarktbeleid. Vanaf 2022 is er 130 miljoen euro beschikbaar aan extra middelen voor het programma Toekomstbestendige Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn (TAZ). Deze maatregel draait de intensivering terug per 2026.
- Onderwijs: Bevorderen van meer zijinstroom, meer voltijds werken, meer mannen voor de klas door in de pabo losse opleidingen voor het jonge en oude kind te introduceren, meer zeggenschap geven aan de leerkracht en regeldruk en administratielast fors verlagen.
Uit de VNG analyse
RW-POA las de VNG analyse en haalde hier de volgende citaten uit. Voor de volledige tekst, kijk op de VNG analyse
“Verder vinden we het positief dat er aandacht is voor de krapte op de arbeidsmarkt en de impact ervanop zowel het economisch verdienvermogen als het realiseren van grote opgaven zoals de woningbouw en energietransitie.
De beschikbaarheid van talent en het stimuleren van een kenniseconomie krijgt zelfs
prioriteit in het economisch beleid. Daarbij blijft echter onduidelijk “hoe” hier op ingezet zal worden. Ook valt op dat er in de budgettaire bijlage hiervoor geen middelen zijn opgenomen, sterker nog er wordt bezuinigd op maatregelen hiervoor”.
- Er zijn geen expliciete middelen/investeringen in om- en bijscholing, arbeidsbesparendeinnovaties, of andere human capital gerelateerde thema’s benoemd.
- Het nationaal groeifonds (rondes 4 en 5 komen te vervallen) verdwijnt – waarvoor veel human capital gerelateerde voorstellen in voorbereiding waren -,
- De intensivering van de TAZ wordt teruggedraaid vanaf 2026;
- Het fonds voor onderzoek en wetenschap wordt bezuinigd met € 1,1 miljard.
Voor de volledigheid
Voor de volledigheid vindt u hieronder de linkjes naar het hoofdlijnenakkoord, de doorrekening van het CPB en de twee documenten waaruit wordt geciteerd in de teksten.